Op het moment dat je onrust hebt, weet je dat er een probleem is ontstaan of dat je toe bent aan een nieuwe stap. Dit gebeurt iedereen af en toe, zelfs de meest ontwikkelde en rustige mensen. Sterker nog: mensen die veel rust voelen en zich blijven ontwikkelen, letten goed op hun onrust. Die vertelt hen dat ze iets aandacht moeten geven.
Alleen: onrust voelen is niet prettig. Je zit niet lekker in je vel en je weet niet goed wat je met jezelf aan moet. Misschien draai je wel steeds in hetzelfde kringetje rond. Bovendien word je door je onrust iemand die je niet wilt zijn, bijvoorbeeld iemand die fouten maakt, prikkelbaar is, dingen niet in de hand heeft, zenuwachtig doet, negatief overkomt, niet productief is of (onrechtvaardig) boos wordt op andere mensen.
Om weg te komen van de onrust, ontwikkelt iedereen een aantal ‘vluchtwegen’ die hij kan nemen als hij zich ongemakkelijk voelt. Je kunt onrust proberen te voorkomen door bepaalde situaties of mensen te vermijden. Daarnaast kun je een ongemakkelijk gevoel ‘wegwerken’ als je het eenmaal hebt. We hebben daarvoor met zijn allen een enorme verzameling manieren bedacht. Zo kun je bij onrust gaan roken, dingen kopen of gaan winkelen, eten, schoonmaken, computerspelletjes spelen, lezen, andere mensen verwijten maken, uitgaan, tv-kijken, zorgen dat er altijd mensen om je heen zijn, analyseren en oplossingen verzinnen, continu op pad zijn om dingen mee te maken, klagen, chatten, je aandacht op andere mensen richten, drinken, werken, sporten, zwelgen in ellende, slapen, flirten/daten, zoeken naar manieren om de wereld te redden, opgaan in een relatie of vriendschap, steeds maar bezig blijven met nuttige dingen, drugs gebruiken, twintig hobby’s nemen…
De mogelijkheden zijn eindeloos. En de vluchtwegen werken best goed: zolang je opgaat in deze dingen, voel je een stuk minder onrust. Maar datgene wat je dwarszit, is niet weg. Het is er nog, onder het oppervlak. Als je stopt met je afleidende activiteiten, is het er weer. Daarom gaan mensen vaak te lang door met hun verdovende activiteiten: ze voelen aan dat ze ander weer met hun onrust zitten.
Er is ook een andere route. Die zorgt ervoor dat je beter gaat begrijpen wat er aan de hand is en dat je daar misschien iets aan kunt doen. Als je er niets aan kunt doen, helpt deze manier jou om toch meer rust te krijgen. Die manier is: de onrust toelaten.
Dit is in het begin onwennig. Veel mensen doen het nooit, dus weet je ook niet hoe het is. Het goede nieuws is: je overleeft het gewoon. Onrust is maar een gevoel. En het gaat over. Als je luistert naar de boodschap die jouw onrust jou wil vertellen, kan hij daarna wegzakken. Als je niet luistert en hem steeds wegdrukt, blijft hij terugkomen. Steeds erger ook nog.
Wil je leren om je onrust meer toe te laten, dan kun je gewoon gaan zitten en tegen jezelf zeggen: kom maar dan, met die onrust. En dan ga je luisteren en voelen wat er in je opkomt.
Misschien hou je dit 30 seconden vol, misschien een minuut. Daarna neem je waarschijnlijk weer een vluchtroute, bijvoorbeeld ergens over nadenken of iets gaan doen. Dat gaat automatisch, je bent het immers gewend! Het geeft niet. Je eerste oefenmoment is binnen. De volgende keer dat je merkt dat er onrust is, doe je dat weer. Zo leer je dat je je onrust heel goed kunt hebben en dat hij je dingen duidelijk maakt. Hier heb je de rest van je leven veel aan.
Noot: Natuurlijk kun je alle dingen die mensen doen om zichzelf te verdoven, ook doen omdat je er plezier in hebt. Wil je weten hoe je het verschil kunt merken, dan lees je dat in dit artikel.
One thought on “Hoe kun je goed omgaan met onrust die je voelt?”
Comments are closed.